7 Onze reizen - Harar

Onze reizen - Harar


Maandag 27 januari 2014 :

Om 7 uur staan we braaf klaar na een prima nacht in onze 'chauffeurskamer' met de balkondeur open. Abebe is te laat en dat terwijl hij bleef roepen dat we echt vroeg weg moesten omdat het een lange dag rijden was...

We moeten eerst terug naar Woldia, dus weer 3 uur hotseklotsen en door alle kleine dorpjes heen. Van Woldia naar Awash rijdt je door droog en vlak woestijnachtig gebied, het leefgebied van de Afars. Het is een lange rit met nogal eentonig uitzicht maar echt vervelen doet het niet. De Afar zijn totaal niet gecharmeerd van foto's, zeker niet als je flitst naar een dromedaris want die zou daar zo maar dood van kunnen gaan, en Abebe maant ons regelmatig tot het opbergen van de camera. De Afar-vrouwen schijnen op te vallen met hun prachtige haardracht en sieraden maar dat zien we niet terug. Veel gelachen wordt er trouwens ook niet door dit volk....ik kan me er iets bij voorstellen als je woont in deze droogte en woestenij.

Ze bouwen een soort iglo-hutten met een karkas van hout en omwonden met lappen en plastic. Ze bouwen ze ook in een soort langwerpig model maar beiden zijn erg laag. Hun directe leefomgeving houden ze niet echt bij en voor het eerst zien we gewoon veel afval her en der.
Er passeren het grootste deel van de dag ontzettend veel vrachtwagens. Deze komen en gaan naar Djibouti voor de im- en export goederen aangezien Ethiopië zelf geen haven heeft. Zeecontainers staan gewoon in een laadbak, met een touwtje ombonden, dus het is niet zo vreemd dat we regelmatig een omgevallen vrachtauto zien liggen die dan meestal ook meteen de hele weg versperd. Gelukkig ligt de oude weg er nog naast zodat er even een slinger gemaakt kan worden. Overigens is de weg daarom natuurlijk zo goed, alles moet getransporteerd worden zowel naar het noorden als naar Addis. Om half 3 wordt het de hoogste tijd dat Abebe stopt en wat eet en na een passage langs de wc houden wij het maar op een biertje.
Om half 6 zijn we in Awash en staan we voor het Genet Hotel. De jongen die onze rugzakken naar boven brengt geeft de fooi terug en laat een briefje van 10 zien als voorbeeld. Ik zeg hem gedag en sluit de deur...wie het kleine niet eert eet nooit peerd zegt Bram dan. We reorganiseren het interieur zodat de klamboe wel boven het bed hangt en gaan beneden op het terras van de weg af lekker in het windje zitten met een biertje. Komt een grote groep Fransen/Belgen aan, met 6 in 1 auto!!! en die vullen zo'n beetje de rest van het hotel op. Uitvoerig gesprek gehad met hun gids die wel heel erg met zichzelf ingenomen was en eten besteld. Hele kaart maar volgens de ober is hetgeen wat we vragen er steeds niet. De gids zegt dat hij beter in de keuken kan gaan opschrijven wat er wel is...en dan blijkt er ineens wel roasted lamb te zijn. Het smaakt prima maar weer veel te grote porties voor ons.

We wurmen ons onder de klamboe en wachten tot de open balkondeur de kamer wat afkoelt...het is hier alweer een stuk warmer.

Dinsdag 28 januari 2014 :

Even douchen? Ziet er goed uit maar als ik de kraan opendraai lijkt het wel of het de klep van een beerput is....Bram bedankt meteen voor de eer. Om half 9 buiten in het vliegenparadijs (gek, gisteravond bijna geen last van gehad) een prima ontbijt met vers gebakken eieren en vers brood. Bram haalt de rugzakken boven op en wordt al opgewacht door twee dames op de trap die 'money, money' roepen. Op de kamer antwoord hij en ze speren er naar toe. Beetje te vinden we dit maar ook dit schijnt bij Afar te horen. We vervolgen onze weg door het droge en eentonige landschap naar Harar waar op een gegeven moment weer volop in de bergen zitten. Het vulkanische landschap in de hoogvlakte van de Harague geeft weer mooie vergezichten en drukke dorpjes met markten.

Rond twee uur zijn we bij het Heritage Palace Hotel in Harar...hoe mooi klinkt dat! De naam is van weleer, de glorie vergaan. Ik ga eerst maar eens even kijken in de kamer, badkamer staat blank. Kamer 2 heeft ook een kleine oase in de badkamer maar het vrouwtje op de gang gebaart dat zij het allemaal zal clean. Maar ja, dat water moet toch ergens vandaan komen? Kan je wel weg dweilen maar staat er over een half uur natuurlijk weer!. Kamer is blijkt een heel appartement op de begane grond. Droge badkamer, queen size bed, kamer met twee bedden, zitkamer en keuken die nu al opslag gebruikt wordt. Heel bijzonder allemaal maar we gaan maar voor deze. In ieder geval de ruimte en de lakens zijn schoon.

Biertje? Oh bij Allah, nee hotel staat droog, maar ik word meteen meegesleurd door een meneer voor de deur naar een 'kroeg' aan de overkant voor bier. Of ik Highland (plastic fles) mee heb? Nee, maar ik beloof plechtig op mijn blauwe ogen dat ik de flesjes terugbreng. Met een biertje bestellen we samen 1 tibs lam in de 'achtertuin'. Hele kaart maar er is tibs, spaghetti of macaroni...

Vanavond eerst maar even kijken bij het restaurant boven want we hebben ook gelezen dat het niet veel soeps is dus dat je net zo goed kan gaan eten bij Yemage Canteen. Boven is het donker dus we lopen naar buiten...verkeerde kant op, en dan blijkt dat Yemage Canteen onze bierleverancier is! Zien de gevilde geiten hangen en gaan toch maar terug (met bier) en Bram neemt de vrij smakeloze macaroni terwijl ik ga voor de ok linzensoep met vers brood. Riant lezen onder onze TL-buis in de zitkamer whahaha voordat we, hoestend en wel, een prima nacht hebben ver van het straatlawaai want de slaapkamer ligt aan de achterkant.

Woensdag 29 januari 2014 :

Het ontbijt is buiten en daar zit ook weer onze Italiaanse meneer uit het hotel in Lalibla. Veel meer gasten zijn er echt niet in dit hotel en ze zullen echt wat moeten gaan doen aan hun pr als ze nog een slag willen maken op het moment dat het 5-sterren hotel in aanbouw klaar is. Bram prikt zijn bloed en dat is extreem laag, dus nog maar een keer...weer veel te laag. Neemt meteen een extra pil want wordt daar altijd wat nerveus van en voelde gisteren al druk op zijn hoofd. Gids Biniuam Mengistu Piyato met rasta-kapsel, zeg maar Bini, staat al klaar en Abebe rijdt ons naar een overzichtspunt van de stad, Bram neemt nog een extra pil.

Bini geeft een korte uitleg over de geschiedenis van Harar en het oude stadsdeel, Jegol, wat we nu gaan bezoeken. Dit gedeelte heeft een ommuring van 3,3 km waarbinnen 35.000 inwoners wonen. Harar is voor 90% islamitische en 10 % christelijk.Het was tot 1887 een onafhankelijke stadsstaat tot Menelik II het veroverde en het toevoegde aan Ethiopië. Tot halverwege de 19e eeuw was de stad alleen toegankelijk voor moslims. De bevolking wordt gevormd door Harari, Omorie en Armhari met elk hun eigen taal. Het Harari kan je relatief makkelijk herkennen omdat ze voor elk zelfstandig naamwoord 'guy' zetten. Heel Harar met omgeving heeft 120.000 inwoners en is vanaf de 16 eeuw tot bloei gekomen, ten tijde van keizer Menelik II.

In de ommuring zitten 5 originele poorten (de informele 6e Harar gate is nieuw en gemaakt zodat de marktverkopers van buitenaf niet helemaal om hoeven te lopen ) en er is 1 centrale weg die er doorheen loopt Rond elke grote poort is het een drukte van belang met verkopers van de dagelijkse benodigdheden als groenten, fruit en brandhout. De grote markt is meer in het oude centrum. Vanaf de enige rotonde lopen 5 zijwegen die elk naar een poort leiden. De rest van de oude stad is een grote wirwar van smalle steegjes waardoor je blij bent dat je een gids mee hebt, zeker eentje zoals Bini die rustig voortkuiert. Er zijn 82 moskeeën waarvan de meesten wel heel klein zijn of nauwelijks herkenbaar als...soms vergis je je ook lelijk en kan een van de buitenkant af klein ogend model toch 100 mensen tegelijk hebben. We beginnen net buiten een poort op de specerijen markt, Magal Guddo, waar men op en in elkaar zit met hun gedroogde en verse kruiden en Bini geeft uitgebreid uitleg. Grote zakken met brokken wierook zijn voor ons nieuw. Altijd een feest en veel te zien en te ruiken. Het valt op dat iedereen het heel normaal vindt om uit de grote zakken met specerijen en koffie een aantal bonen of zaden te nemen en die op te eten...

Bini kent vreselijk veel mensen, hij is in de oude stad geboren en opgegroeid en woont pas recent in het nieuwe gedeelte. Door de poort begeven we ons in de wirwar van kleine straatjes en zijn een duidelijke bezienswaardigheid voor de lokale bevolking. Zien de hele dag ook maar een toerist of 8 in totaal en alhoewel we maar 105 km van Somalië zitten (gelukkig wel het rustige stuk) ook niets van die kant. Wel heel veel hele oude Peugeots die veelal als (blauwe) taxi worden gebruikt; allemaal ingevoerd vanuit Djibouti in de tijd dat de Fransen daar nog heersten.
We bezoeken een authentiek Harari-huis en verbazen ons erover hoe schoon het hier is. Lijkt wel een betere familie te zijn want als we later op verschillende binnenplaatsjes naar binnen loeren zien we toch hele andere taferelen! De basis van het harari-huis is altijd hetzelfde (zelfs de nissen zitten in elk huis op dezelfde plaats) : een soort grote zitkamer met verschillende niveau's zodat ieder kan plaatsnemen op het niveau van zijn leeftijd, status en kennis. Het spreekt voor zich dat dit alleen voor de mannen is.... De muren zijn volledig gedecoreerd met manden, houten schalen en gedecoreerde plastic schalen zoals je die gebloemde bij ons ziet bij de Wibra en de nissen zijn gevuld met afschuwelijk geïmporteerd Chinees porselein. Maar er ligt geen stofje op!
Ernaast is een slaapkamer die ook wordt gebruikt als bruidssuite voor de zoon en kraamkamer voor de dochter des huizes. Na de bruiloft brengt de bruidegom zijn bruid naar deze slaapkamer in zijn ouderlijk huis en vroeger bleven ze daar dan ruim een week. Eten werd door een nis aangegeven. Nu is het gelukkig nog maar 1 nacht en dan mogen ze naar hun eigen huis. Dan kan de bruid beginnen aan het vlechten van een mand voor haar schoonmoeder, waar ze ongeveer 4 maanden mee bezig is, hetgeen haar band met haar schoonmoeder versterkt en ze meteen naar waarde wordt ingeschat gezien haar vlechtkwaliteiten. Twee weken voor de bevalling trekt ze in deze slaapkamer bij haar ouder en na geboorte blijft de jonge moeder 40 dagen bij haar moeder logeren met de baby.

In een nis in de slaapkamer, tegen de muur van de voorraadkamer staan 4 grote potten, 1 voor geld, 1 voor juwelen, 1 voor zaden en 1 voor traditionele medicijnen. Bij dreigend gevaar worden ze afgesloten en ingegraven.

Boven is nog een voorraadkamer die overgebleven is uit de landbouwtijd en die tegenwoordig als extra slaapkamer wordt gebruikt. Als er boven de deur opgerolde tapijten klaar liggen is dat het teken dat een dochter uit huis trouwt...hier dus twee trouwerijen in het verschiet!
Het geheel (met buiten nog een keuken, douche, wc) ligt rond een besloten binnenplaats hetgeen ook echt niet weggelegd is voor iedereen. Later bezoeken we nog een Harari-compound, een zelfde patroon maar dan met een woning voor 5 gezinnen rond een binnenplaats. 5 gezinnen met verschillende achtergrond en geloof die in harmonie samenleven en dit wordt als een groot voorbeeld voor vredig samenleven gezien. ...volgens de gids de reden dat Harar een prijs van de vrede heeft gekregen?!? Elk Harari huis is hetzelfde gebouwd waarbij elke nis of deur, de indeling en de functie van ruimtes identiek zijn.

Door de straatjes met soms een hele kleine moskee (zelfs eentje in het roze omdat de sponsor die kleur had gekocht! zou hier niet lukken gok ik...) en door de kleermakersstraat met alleen maar stoffenwinkeltjes en naaimachines buiten. De kleermakersstraat is volgens Bini nog niet zo druk omdat nog veel mensen van ver buiten af moeten komen. Toch snort er al menig naaimachine en de stoffenwinkeltjes zijn allemaal open. We zijn de bezienswaardigheid van de dag, vooral Bram met zijn statief en dode poes erop! Hey you, money! Het is een blijvertje om je om te draaien, je hand op te houden en te roepen 'yes please'...die verwachten ze niet en je wordt met open mond aangestaard...sommigen beginnen te lachen.

Buiten bij de verschillende slagers is het een drukte van belang wat betreft de kiekendieven. Ze vliegen bijna door je haar om de naar buiten gezwierde restjes te bemachtigen.
Door naar het Sherif Harar City Museum : de Sherif zit rondbuikig te genieten met koffie en sigaretten voor zijn neus terwijl wij door zijn bescheiden museum, het oude huis van Rastafari lopen. Hij is een collector van van alles, oude munten, kleding, vage medailles en oude geschriften. We drinken nog een ijskoude cola op zijn terras en duiken weer in de wirwar van straatjes richting de centrale markt.
Naast de grootste vrijdagmoskee is een koffiebranderij die met een kort bezoek vereerd wordt. Omdat er niet zoveel koffie wordt geproduceerd in Harar is dit volgens Bini de duurste koffie van de wereld. Hij is lichtelijk teleurgesteld dat we geen zakje willen kopen. De vraag blijft bovendien of we het mee mogen nemen want het is niet gebrand en kan als zaad gezien worden. Dan is het 12 uur en gaat alles dicht. Tijd voor lunch in het Ras hotel, een hotel waarvan we gevraagd hadden of we daar niet beter konden verblijven maar Gerard kon het niet vinden en had er nog nooit van gehoord. Gek dat we nu uitgerekend daar aan de soep en het Harrar beer gaan... Het Ras hotel is nogal vergane glorie maar zo op het terras met zicht op de bouw van een gigantisch nieuw 5-sterren hotel is het voor de lunch prima toeven. Abebe en Bini pikken ons weer op...eerst even langs een postkantoor waar Bini zijn postbox leeghaalt en ik van elke postzegel voorradig eentje koop. De postmeneer vindt het zeer teleurstellend dat ik als verzamelaar geen oog heb voor zijn vele enveloppen met postzegels en stempels...

Uurtje terug in het hotel en op naar deel 2 van Harrar, waarbij voorspeld is dat het veel drukker is in de oude stad omdat alle Ormori nu ook aangekomen zijn voor de markt. Vrouwen lopen met hun lading de stad in en veel plekken zijn al bezet.

We bezoeken het huis van Arthur Rimbaud, een Franse poëet (ons onbekend) die slechts van zijn 19e tot zijn 21e hier gedichten heeft geschreven waarvan de meesten op de muur gereproduceerd zijn...tja... je kan ook geschiedenis 'maken' toch?

Volgens Bini een geweldige fototentoonstelling is van het Harar van vroeger en nu. Het is een mooi pand en de foto's, ach die hebben hun beste tijd gehad maar van bovenaf heb je wel een leuk uitzicht over de stad. De meneer met zijn vijzel is qat aan het malen omdat dezelfde qat zijn gebit geruïneerd heeft en hij het dus niet meer kan kauwen maar wellicht nodig heeft voor inspiratie?

We lopen langs een stuk stadsmuur aan de buitenkant voor een kijkje naar de grafsteen van een emir waarop tijdens zijn begrafenis een boom is geplant. Aan de boom te zien al een heeele tijd terug! Ook de tombe van Emir Nur, de 42e emir die wordt gezien als grondlegger van Harrar, ligt wat verdrukt tussen de huizen. Ze vinden hem een held, hij bouwde de stadsmuur rond 1560, kwam als overwinnaar uit de 25-jarige oorlog en herstelde de cultuur en taal van de Harari. Iets meer eerbetoon lijkt ons dan wel gepast eigenlijk. . Bij dit soort monumenten zie je hier alleen maar geld zich verplaatsen van je gids naar de beheerder die er zogezegd van moet leven. Misschien kan hij de omgeving dan ook eens een beetje opruimen...ook de bijbehorende medicinale planten die echt bij de tombe horen hebben het moeilijk in het stof en de droogte.
Enfin, we hebben een heerlijke middag dwalend door een ander stuk van de oude stad waar je zonder gids je echt niet zou vertonen. Ook is er nog nooit zo vaak Faranji tegen ons geroepen, door kinderen en ouderen, nooit vervelend of opdringerig. 'Faranji', 'money', 'you pen', ‘you you you’... Bini sust de meesten van ons weg en dat geeft rust. We zijn eigenlijk een grotere bezienswaardigheid voor hen dan zij voor ons lijkt het wel!
Terug naar het hotel met het besluit een biertje te drinken en het slechte eten maar gewoon over te slaan zodat we weer klaar staan tegen zonsondergang om het voeden van de hyena's te zien. Braaf zitten wachten tegen een heilige boom met voor ons een mand met slagersafval waarbij de zoon van de oorspronkelijke hyenaman wat in de rondte loopt te brullen. Het enige wat op het gebrul en het vlees afkomt zijn wat lokale katten die de mand reuze interessant vinden. De legende vertelt dat de hyena's vanaf de 16 eeuw 's nachts de stad binnenkwamen door de afwateringsgaten in de stadsmuur en zo de stad schoonhielden van etensresten en kadavers. Om de hyena's daarvoor te bedanken wordt er sinds 1965 door de Hyenaman elke avond vleesresten aan de hyena's gevoerd en heeft hij een band met ze opgebouwd. Er zijn ondertussen twee plaatsen waar dit gebeurd en het is ondertussen een familietraditie geworden waarbij zonen het van hun vader overnemen. Bini vindt het allemaal te lang duren en we rijden naar de tweede plek waar inderdaad 5 hyena's op het vlees zijn afgekomen. Beetje circusact vinden wij het en nadat zowel Bini als Abebe met een stokje met vlees eraan in hun mond de hyena's het eraf hebben laten eten bedanken wij voor de eer dit te volgen. Niet zo mijn beest alhoewel deze er niet zo smerig uitzagen als die we in Zambia zagen toen ze een dode olifant aan het fileren waren...
Abebe kijkt zeer opgelucht als we zeggen dat we niet meer hoeven te eten en we trekken ons terug in ons 3-kamer appartement...maar natuurlijk niet voordat we bij onze brouwer zijn geweest. Het prijsbeleid daar is ons nog niet echt duidelijk, gaat het ook niet meer worden, want we betalen elke keer een andere prijs voor een koude Saint Georges, en soms krijgen we statiegeld terug voor ingeleverde flesjes (ook elke keer een ander bedrag). Ach, we vinden het al een feest dat ze er zitten en we met een grote smile begroet worden! Morgen rijden we terug naar Awash en dus is hierbij het culturele stuk van onze reis afgelopen.

Het is de grote dag van afscheid van Bram zijn instappers die nu echt uit elkaar vallen. Thuis heeft al moeten beloven ze in dit land achter te laten en hij neemt emotioneel zelfs foto's van dit stel!